Engel en aartsengel nemen een centrale plaats in in de christelijke traditie en in andere monotheïstische religies zoals het jodendom en de islam. Hoewel de termen "engel" en "aartsengel" vaak door elkaar worden gebruikt, verwijzen ze eigenlijk naar twee verschillende categorieën hemelse wezens met verschillende rollen in het goddelijke plan. Deze tekst gaat dieper in op de verschillen tussen engelen en aartsengelen en belicht hun hiërarchie, hun missie en hun specifieke rol in het christelijk geloof.
Wie zijn engelen?
Het woord "engel" komt van het Griekse angelos, wat "boodschapper" betekent. In de christelijke theologie zijn engelen geestelijke wezens die door God zijn geschapen om als tussenpersoon tussen Hem en de mens te dienen. Ze hebben geen fysiek lichaam en zijn onsterfelijk. Hun belangrijkste missie is om God te verheerlijken en over de mensheid te waken. Engelen worden in de Bijbel verschillende keren genoemd en spelen verschillende rollen, van bescherming tot het doorgeven van goddelijke boodschappen.
a) De aard van engelen
Engelachtigen zijn puur geestelijke wezens, wat betekent dat ze geen fysieke vorm hebben, hoewel ze soms in zichtbare vorm aan mensen kunnen verschijnen. Volgens de christelijke traditie bezitten ze intelligentie en wil, maar hebben ze geen vrije wil zoals mensen. Dit betekent dat engelen volledig toegewijd zijn aan Gods wil en dat hun handelingen altijd in overeenstemming zijn met goddelijke plannen.
Engelachtigen zijn dienaren en aanbidders van God. In het boek Openbaring worden ze beschreven als staande in de aanwezigheid van God, terwijl ze zijn lof zingen en hem zonder ophouden verheerlijken (Openbaring 5:11-12). Ze bemoeien zich ook met het leven van mensen door boodschappen te brengen, mensen te beschermen en speciale missies voor God uit te voeren.
b) De rol van engelen in de Bijbel
Engels komen overal in de Bijbel voor en spelen een belangrijke rol op belangrijke momenten in de heilsgeschiedenis. Bijvoorbeeld:
In Genesis verschijnen engelen om Lot en zijn gezin te beschermen voor de verwoesting van Sodom en Gomorra (Genesis 19:1-22).
In Exodus leidt een engel van God de Israëlieten uit Egypte en beschermt hen op hun tocht door de woestijn (Exodus 14:19).
In het evangelie van Lucas kondigen engelen de geboorte van Jezus aan de herders aan en prijzen God door te zingen: "Ere zij God in de hemel" (Lucas 2:8-14).
Deze voorbeelden laten zien dat engelen niet alleen boodschappers van God zijn, maar ook beschermers die over Gods volk waken.
c) De verschillende ordes van engelen
De christelijke traditie, met name door de geschriften van theologen als Thomas van Aquino en Pseudo-Denys de Areopagiet, verdeelt de engelen in negen koren of hiërarchische ordes, ingedeeld in drie groepen:
Eerste groep: de Serafijnen, Cherubijnen en Tronen, die het dichtst bij God staan en zich wijden aan zijn voortdurende lofprijzing.
Tweede groep: de Heerschappijen, Deugden en Machten, die Gods bevelen uitvoeren en waken over de orde in het universum.
Derde groep: de Vorstendommen, Aartsengelen en Engelen, die rechtstreeks contact hebben met de mensheid.
De "gewone" engelen behoren tot de laatste groep en zijn degenen die het vaakst contact hebben met mensen.
Wie zijn de aartsengelen?
Aartsengelen nemen daarentegen een hogere plaats in de engelenhiërarchie in. De term 'aartsengel' betekent 'leider van de engelen' (archi = leider, angelos = boodschapper). Het verwijst daarom naar engelen die een bepaalde verantwoordelijkheid of missie hebben in de geestelijke wereld. Aartsengelen worden vaak door God gezonden om taken uit te voeren die van groot belang zijn in de heilsgeschiedenis, zoals bescherming, genezing of het aankondigen van goddelijk nieuws.
a) Aartsengelen in de Bijbel
Hoewel de Bijbel vele engelen noemt, worden er slechts drie aartsengelen specifiek genoemd: de heilige Michaël, de heilige Gabriël en de heilige Rafaël. Deze drie aartsengelen hebben specifieke rollen en worden op belangrijke punten in de Schrift genoemd.
Sint Michaël de aartsengel: Michaël, wiens naam 'Wie is als God' betekent, wordt beschreven als de leider van de hemelse legers. In het Boek Openbaring (Openbaring 12:7-9) leidt hij de engelen in de strijd tegen Satan en de machten van het kwaad. Sint Michaël is de beschermer van zielen en de Kerk en wordt aangeroepen om zich te verdedigen tegen verleidingen en demonische invloeden.
Sint Gabriël de Aartsengel: Gabriël, wiens naam "God is mijn kracht" betekent, staat bekend om zijn rol als goddelijke boodschapper. Hij is degene die Maria aankondigt dat zij de moeder van Christus zal worden bij de Aankondiging (Lucas 1:26-38) en hij informeert Zacharias over de geboorte van Johannes de Doper (Lucas 1:11-20). Gabriël is de drager van belangrijk nieuws en aankondigingen in de heilsgeschiedenis.
Aartsengel Rafaël: Rafaël, wiens naam 'God geneest' betekent, is de aartsengel van genezing en reizen. Hij wordt genoemd in het Boek Tobit, waar hij de jonge Tobias begeleidt en beschermt terwijl hij de blindheid van zijn vader Tobit geneest (Tobit 5-12). Tot Rafaël wordt gebeden voor lichamelijke en geestelijke genezing en voor bescherming tijdens reizen.
Deze drie aartsengelen spelen een speciale rol in de christelijke theologie, omdat ze door God op cruciale missies worden gestuurd, of het nu is om te verkondigen, te genezen of te beschermen.
b) De specifieke rol van aartsengelen
In tegenstelling tot gewone engelen die over individuen waken of meer routinematige boodschappen brengen, treden aartsengelen over het algemeen op in tijden van groot spiritueel belang. Ze hebben een leidende rol in het engelenrijk en worden op specifieke grootschalige missies gestuurd.
Sint Michaël is een aartsengel van spirituele bescherming. Hij bestrijdt het kwaad en demonische krachten en wordt vaak afgebeeld met een zwaard, klaar om de kerk te verdedigen.
Sint Gabriël is de aartsengel van openbaring, die goddelijke boodschappen brengt aan mensen op belangrijke momenten in de heilsgeschiedenis.
Sint Rafaël is de aartsengel van genezing en reizen. Hij zorgt ervoor dat mensen die reizen of genezing zoeken, beschermd en hersteld worden.
3. Verschillen tussen engelen en aartsengelen
Hoewel engelen en aartsengelen allebei hemelse wezens zijn die door God zijn geschapen, zijn er een aantal belangrijke verschillen tussen hen.
a) Hiërarchie en rang
Aartsengelen staan hoger in de hemelse hiërarchie dan gewone engelen. Zoals eerder gezegd behoren aartsengelen tot de hogere orde van engelen en hebben ze belangrijkere missies. Ze worden vaak uitgezonden om verreikende taken uit te voeren, terwijl gewone engelen verantwoordelijk zijn voor het verzorgen van individuen of het uitvoeren van meer specifieke dagelijkse missies.
Aan het hoofd van engelen staan engelen soms aan het hoofd van legers engelen om Gods wil uit te voeren, zoals de heilige Michaël in de hemelse strijd tegen de boze machten in Openbaring.
b) Rol en missie
Ordinaire engelen spelen vaak een rol als beschermers of boodschappers in het leven van individuen. Ze waken over menselijke zielen en begeleiden en beschermen hen. In de christelijke theologie wordt bijvoorbeeld ieder mens geacht een beschermengel te hebben die hem of haar gedurende het hele leven begeleidt.
Afgezanten daarentegen zijn boodschappers of agenten van God die op specifieke missies worden gestuurd die van invloed zijn op het algemene heilsplan. Gabriël is bijvoorbeeld gezonden om de komst van Christus aan te kondigen, terwijl Rafaël is gezonden om te genezen en te beschermen.
c) Goddelijke interventie
Afgezanten komen vaak tussenbeide in situaties waarin belangrijke beslissingen of gebeurtenissen plaatsvinden in Gods plan voor de mensheid. Hun verschijning markeert meestal een moment van groot spiritueel belang, zoals de aankondiging van Gabriël aan Maria of de genezing van Tobit door Rafaël. Engelen daarentegen komen vaker en op subtielere manieren tussenbeide in menselijke aangelegenheden en beschermen, leiden en ondersteunen zielen dagelijks.
Conclusie
Samengevat zijn engelen en aartsengelen beide dienaren van God en hemelse boodschappers, maar ze verschillen in hun rang, missie en rol in het goddelijke plan. Engelen zijn beschermers en spirituele gidsen die over individuen waken en hen helpen op hun geloofsreis, terwijl aartsengelen, hoger in de hemelse hiërarchie, door God worden gezonden om uiterst belangrijke missies uit te voeren. Hun complementaire rol in het christelijk geloof benadrukt de manier waarop God deze hemelse wezens gebruikt om zijn wil in de wereld te volbrengen en de mensheid te ondersteunen op haar weg naar verlossing.